< mkb-info
Een echtpaar had hun vakantiewoning als hoofdverblijf aangemerkt en de betaalde rente als aftrekbare kosten voor de eigen woning in de aangifte verwerkt. De Belastingdienst was het hiermee niet eens. In eerste instantie had de Rechtbank het echtpaar in het ongelijk gesteld, maar van het Hof kregen zij gelijk. Tegen de uitspraak is geen cassatie ingesteld.
Uit de omstandigheden blijkt, volgens het Hof, dat het persoonlijke leven van het echtpaar in en om de vakantiewoning plaatsvond. Gevolg is dat de vakantiewoning aangemerkt wordt als het hoofdverblijf van het echtpaar. Daardoor kwalificeert de vakantiewoning als eigen woning en is de rente fiscaal aftrekbaar.
Het echtpaar huurde ook een woning. Op het adres van deze woning stonden zij ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie. Zij verbleven op de dagen dat zij werkten in hun huurwoning. Hierdoor brachten zij, in betreffend kalenderjaar, meer tijd door in hun huurwoning dan in de vakantiewoning.
In dat jaar brachten zij 170 dagen en nachten door in de vakantiewoning. Het verblijf betrof schoolvakanties, weekenden, feestdagen en vrije dagen. Daarnaast vierden zij hun verjaardagen en ontvingen zij ook visite en logees in de vakantiewoning. Het is niet toegestaan permanent te verblijven in de vakantiewoning. Inschrijven bij de gemeente op het adres van de vakantiewoning is dan ook niet mogelijk.
Uit bovenstaande uitspraak blijkt dat het mogelijk is dat, ondanks dat een vakantiewoning niet permanent bewoond mag worden, deze toch kan kwalificeren als eigen woning. Doorgaans zullen vakantiewoningen niet kwalificeren als eigen woning en belast zijn in box 3, maar uit deze uitspraak blijkt dat hierop wel degelijk uitzonderingen zijn.
Heb je een vakantiewoning waarop deze situatie van toepassing zou kunnen zijn? Wij beoordelen graag de omstandigheden en geven je advies.
Eikenlaan 10a
3755 CP Eemnes
KvK 75427745
< mkb-info
Een echtpaar had hun vakantiewoning als hoofdverblijf aangemerkt en de betaalde rente als aftrekbare kosten voor de eigen woning in de aangifte verwerkt. De Belastingdienst was het hiermee niet eens. In eerste instantie had de Rechtbank het echtpaar in het ongelijk gesteld, maar van het Hof kregen zij gelijk. Tegen de uitspraak is geen cassatie ingesteld.
Uit de omstandigheden blijkt, volgens het Hof, dat het persoonlijke leven van het echtpaar in en om de vakantiewoning plaatsvond. Gevolg is dat de vakantiewoning aangemerkt wordt als het hoofdverblijf van het echtpaar. Daardoor kwalificeert de vakantiewoning als eigen woning en is de rente fiscaal aftrekbaar.
Het echtpaar huurde ook een woning. Op het adres van deze woning stonden zij ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie. Zij verbleven op de dagen dat zij werkten in hun huurwoning. Hierdoor brachten zij, in betreffend kalenderjaar, meer tijd door in hun huurwoning dan in de vakantiewoning.
In dat jaar brachten zij 170 dagen en nachten door in de vakantiewoning. Het verblijf betrof schoolvakanties, weekenden, feestdagen en vrije dagen. Daarnaast vierden zij hun verjaardagen en ontvingen zij ook visite en logees in de vakantiewoning. Het is niet toegestaan permanent te verblijven in de vakantiewoning. Inschrijven bij de gemeente op het adres van de vakantiewoning is dan ook niet mogelijk.
Uit bovenstaande uitspraak blijkt dat het mogelijk is dat, ondanks dat een vakantiewoning niet permanent bewoond mag worden, deze toch kan kwalificeren als eigen woning. Doorgaans zullen vakantiewoningen niet kwalificeren als eigen woning en belast zijn in box 3, maar uit deze uitspraak blijkt dat hierop wel degelijk uitzonderingen zijn.
Heb je een vakantiewoning waarop deze situatie van toepassing zou kunnen zijn? Wij beoordelen graag de omstandigheden en geven je advies.
Eikenlaan 10a
3755 CP Eemnes
KvK 75427745
Fiets van de zaak, graag of toch liever niet?
Scroll naar bovenzijde
